14 condities voor Goed genoeg opvoederschap

Bij onze training Kwetsbaar gezin goed genoeg opvoederschap worden de 14 condities voor goed genoeg opvoederschap besproken. Als je deze condities met opvoeders wilt bespreken kun je deze 14 kaarten met een korte beschrijving en een passende afbeelding gebruiken.

16,95

excl. BTW
excl. verzendkosten

Extra informatie

Jeugd en jeugd en gezinsprofessionals hebben een belangrijke rol in het begeleiden, adviseren en ondersteunen van jeugdigen en hun gezinnen. Hiermee krijgen zij ook te maken met het bepalen van “goed genoeg”.

Er bestaan veel verschillende visies op een goede opvoeding, wat een goede opvoeding is, zou je “normerend” en cultureel bepaald kunnen noemen. Toch hebben professionals een belangrijke taak in het begeleiden van gezinnen en daarmee ook een goede analyse te doen om de situatie van de jeugdige in het gezin te analyseren. De 14 condities van goed genoeg opvoederschap ondersteunen hierbij en worden uitgelicht in de richtlijnen jeugdhulp en zijn daarmee van belang voor de jeugd en gezinsprofessional.

Op basis van een inventarisatie van wetenschappelijk onderzoek en ervaringen van hulpverleners hebben Heiner en Bartels twaalf condities voor optimale ontwikkeling opgesteld, waarin aangegeven wordt wat een jeugdige nodig heeft voor een optimale ontwikkeling. Wanneer er in grote mate van deze eisen wordt afgeweken, kan worden gesproken over een bedreiging van de ontwikkeling van de jeugdige. Zijlstra heeft deze twaalf condities in haar promotieonderzoek nader onderzocht en heeft hier twee voorwaarden aan toegevoegd.

De volgende veertien voorwaarden komen uit de studie naar voren, die zijn gelegen in het gezin (1-7) en de samenleving (8-14). Het ‘framework’ in de volgende paragraaf kan worden gebruikt om de ontwikkeling van de jeugdige, de opvoedingscapaciteiten van de ouders/opvoeders en de gezins- en omgevingsfactoren die een rol spelen in kaart te brengen, en kan dienen als kapstok om een compleet beeld te krijgen en niets te vergeten. Onderstaande voorwaarden dienen vervolgens als een ‘beoordelingskader’, een normatief kader waarmee de verzamelde informatie beoordeeld kan worden. De hulpverlener weegt met dit beoordelingskader of de situatie rond de jeugdige als ‘goed genoeg’ te typeren is. Dit is een afweging die in iedere situatie gemaakt moet worden.

De 14 condities van goed genoeg opvoederschap ondersteunen hierbij en worden uitgelicht in de richtlijnen jeugdhulp en zijn daarmee van belang voor de jeugd en gezinsprofessional.

De 14 condities komen voort uit het internationaal verdrag inzake rechten van het kind.

Belangrijke uitleg voor het bepalen van de condities “goed genoeg”

De voorwaarden adequate verzorging (1) en veilige fysieke directe omgeving (2) zijn onmisbaar voor de veiligheid van de jeugdige. Breng signalen van onveiligheid in kaart met de ‘Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling’, en meld acute en/of structurele onveiligheid altijd bij Veilig Thuis.

Ook continuïteit in opvoeding en verzorging (7) en stabiliteit in levensomstandigheden (14) zijn basisvoorwaarden. Als deze afwezig zijn, is er een serieuze bedreiging voor de ontwikkeling van de jeugdige.

Gebruik onderstaande veertien condities voor een optimale ontwikkeling van jeugdigen als beoordelingskader om te bepalen of het opvoederschap in het betreffende gezin ‘goed genoeg’ is.

14 condities voor Goed genoeg opvoederschap

  1. Adequate verzorging: de zorg voor de gezondheid en het fysieke welbevinden van de jeugdige; De ouders zorgen voor onderdak, kleding, voeding en persoonlijke spulletjes en er is een inkomen om hierin te voorzien.
  2. Veilige fysieke directe omgeving: de jeugdige is niet fysiek of anderszins onveilig.
  3. Affectief klimaat; De ouders bieden de jeugdige emotionele bescherming, steun en begrip; er is sprake van veilige hechting tussen ouder en kind en wederzijdse genegenheid.
  4. Ondersteunende flexibele opvoedingsstructuur bevat aspecten zoals:
    • Voldoende regelmaat in het leven van alledag;
    • Aanmoediging, stimulering en instructie.
    • Grenzen en regels stellen en inzicht geven in het waarom hiervan;
    • Controle uitoefenen over het gedrag van de jeugdige;
    • Voldoende ruimte schenken aan de wensen van de jeugdige, en hem de vrijheid geven om zelf initiatief te nemen en te experimenteren, evenals de vrijheid om te onderhandelen over wat voor de jeugdige belangrijk is;
    • De jeugdige krijgt niet meer verantwoordelijkheid dan hij aankan, ervaart binnen die begrenzing de gevolgen van zijn gedrag, en leert zo de gevoelens in te schatten en zijn gedrag af te wegen.
  1. Adequaat voorbeeldgedrag door ouder: ouders laten gedrag, normen en waarden zien binnen maatschappelijk aanvaardbare grenzen
  2. Interesse: Ouders hebben interesse in de jeugdige, zijn leefwereld en de persoon.
  3. Continuïteit in opvoeding en verzorging, toekomstperspectief: De jeugdige heeft vertrouwen in de aanwezigheid van de ouders en ervaart een toekomstperspectief.
  4. Veilige fysieke wijdere omgeving: De buurt waarin de jeugdige opgroeit is veilig
  5. Respect: Behoeften, wensen, gevoelens en verlangens van de jeugdige worden serieus genomen door de omgeving.
  6. Sociaal netwerk: Er is een sociaal netwerk waar de jeugdige en zijn familie op terug kunnen vallen.
  7. Educatie: De jeugdige krijgt scholing en opleiding en de gelegenheid zijn persoonlijkheid en talenten te ontplooien.
  8. Omgang met leeftijdsgenoten: De jeugdige heeft de mogelijkheid om te gaan met leeftijdsgenoten in gevarieerde situaties, geschikt voor zijn leeftijd.
  9. Adequaat voorbeeldgedrag in de samenleving: De jeugdige heeft contact met andere jeugdigen en volwassen die een voorbeeld zijn voor huidig en toekomstig gedrag en die belangrijke normen en waarden kunnen overbrengen.
  10. Stabiliteit in levensomstandigheden, toekomstperspectief: verandering in het leven van de jeugdige komen aangekondigd en er wordt rekening met hem gehouden. Personen met wie de jeugdige zich identificeert en die ondersteuning bieden zijn continu beschikbaar.

Overige producten

Wanneer je in gesprek bent met ouders en kinderen, zijn deze 8 metaforen een krachtig hulpmiddel om complexe ideeën begrijpelijk te maken. Het is handig om dan gebruik te maken van bestaande afbeeldingen.

21,40

De logische niveaus van Bateson en Dilts helpt je te begrijpen hoe missies, overtuigingen, vaardigheden en gedrag allemaal met elkaar in verband staan. Gebruik de vloerplaten om te doorlopen waar jouw uitdaging zit.

33,10

Geweldloze Communicatie, ook wel verbindende communicatie genoemd, draait om een empathische, niet-oordelende houding.  Dit model helpt je door de 4 kernstappen van Geweldloze Communicatie: waarnemen, voelen, behoefte benoemen en een verzoek doen.

24,00

Interessante producten

Bijbehorende training

Methodisch en procesmatig werken
Tweedaagse training