Met op de achtergrond de uitvaartceremonie van Queen Elisabeth 3th schrijf ik deze blog over veiligheid. Hoe veilig zal the Queen zich gevoeld hebben in haar leven, omringd door vele mensen, waarvan een deel voor haar veiligheid moest zorgen? Voelde ze zich ook veilig? Het antwoord daarop zullen maar weinig mensen van haar weten.
Gevoel van veiligheid
Hoe is het gesteld met het gevoel van veiligheid van mensen waar wij in ons werk mee te maken hebben? Weten we dit of denken we dit te weten? Dat veiligheid voor de ontwikkeling van kinderen van groot belang is, is iets wat iedereen zal erkennen. Als een kind onveilig opgroeit, heeft dit grote gevolgen voor zijn ontwikkeling, het gevoel van welbevinden en daarmee ook voor zijn omgeving. Voor volwassenen en ouderen is het net zo belangrijk om zich thuis veilig te voelen!
Onder andere sinds de invoering van de meldcode, die geldt voor iedereen van min 9 maanden tot 100plus, worden we ons er meer van bewust, dat iedereen een veilige omgeving nodig heeft om te ontwikkelen, te leven en te genieten en dat wij daarin een belangrijke taak hebben.
Onveiligheid
Onveiligheid kan zich onder andere uiten in het leven van een teruggetrokken bestaan, acting out gedrag, psychiatrische- of verslavingsproblematiek, of in gedrag dat aangepast wordt aan dat wat de omgeving van iemand verwacht.
Bij volwassenen kan er (net als bij minderjarigen) sprake zijn van verwaarlozing of mishandeling. Te denken valt aan lichamelijke mishandeling (slaan, schoppen, vastbinden) en aan lichamelijke verwaarlozing, bijvoorbeeld niet naar de huisarts gaan bij klachten, als ‘straf’ geen medicatie geven,” geen zorg dragen voor kleding of beddengoed passend bij het seizoen maar ook financiële uitbuiting of seksueel grensoverschrijdend gedrag.
Er ligt een taak voor ons, waaronder WMO-teams, om dit te signaleren, te bespreken en er samen met alle betrokkenen een veiligheidsplan voor te maken, zodat het geweld of de verwaarlozing stopt.
Acute en structurele onveiligheid
Acute onveiligheid waarbij iemand in een levensbedreigende situatie komt, wordt vaak wel gesignaleerd door familie, buren, vrienden, politie, maatschappelijk werk of medici. Hierop wordt actie ondernomen om de acute onveiligheid op te heffen.
Veel moeilijker is het om psychische mishandeling of verwaarlozing te signaleren, bespreekbaar te maken en er een plan op te maken. Dit is zeker het geval als iemand of een gezin in een isolement leeft. Denk bijvoorbeeld aan de kinderen van Ruinerwold. De structurele onveiligheid kon jarenlang doorgaan totdat één van de kinderen een opening gaf. Deze werd in eerste instantie nog niet door de politie opgepakt. Door de volharding van deze jongen is er een einde gekomen aan deze heftige mishandelingsperiode van hem en zijn broers en zussen door hun vader en eerder door hun moeder.
Signalerende taak voor veiligheid voor volwassenen
Als je bij de gemeente werkt, bijvoorbeeld als medewerker van een WMO-team, kom je vaak laagdrempelig bij mensen binnen via keukentafelgesprekken. Hierdoor kom je ook in contact met mensen die zich in een situatie bevinden waarin zij afhankelijk zijn van anderen. De hulpvraag die geformuleerd wordt, start meestal met een praktische vraag voor hulpmiddelen.
Onderzoeken of er een vraag achter de vraag ligt is van essentieel belang om te signaleren of er ook sprake is van enige vorm van verwaarlozing of mishandeling door iemand waar zij afhankelijk van zijn, zoals hun partners, kinderen, ouders of huisgenoten.
Belangrijk hierbij is om te durven vragen. Niet alleen ingaan op de directe hulpvraag, maar ook om in kaart te brengen hoe in de veiligheid van die persoon is voorzien en of die persoon zich veilig voelt.
‘In hoeverre mag ik me ermee bemoeien’
In relaties waarbij huiselijk geweld een terugkerend patroon is, vraagt het van jou een grote inzet en volharding. Het dilemma dat ik vaak hoor in trainingen is: “In hoeverre mag ik me er mee bemoeien? Volwassenen blijven zelf kiezen voor het in stand houden van deze relatie. Ik kan hier niet bij helpen want ze vallen voortdurende terug in hun oude patroon.”. Vaak voelen we ons dan onmachtig worden en dit is geen prettig gevoel.
Door betrokken te blijven bij de situatie, hoop te blijven houden in een beter gezamenlijk perspectief, en samen te kijken hoe je bij deze stip op de horizon kan komen, met ook aandacht voor terugval, kun je met elkaar werken aan veiligheid.
Veiligheidsplan
Dit proces en wie wat in welke situatie doet, kan beschreven worden in een veiligheidsplan. Eenieder weet dan wat er van hem verwacht wordt om te zorgen voor veiligheid en ook wat te doen bij een terugval. Dit doe je door onder andere aandacht te hebben voor triggers en stressoren, waarbij het risico op een terugval groot is.
Op het moment dat je met elkaar een veiligheidsplan hebt gemaakt, alle betrokkenen op de hoogte zijn hoe toe te werken naar veiligheid en wat te doen bij een terugval, krijgt zowel de betrokkene, het sociale netwerk als ook de betrokken professional handvatten en hoop om een einde te maken aan structurele onveiligheid.
Tips voor het bespreken van onveiligheid:
Toon oprechte interesse in hoe het leven van de ander er uit ziet. Wanneer iemand onvoldoende financiën overhoudt om de wekelijkse boodschappen te kunnen doen en er bezuinigd moet worden op maaltijden, is het belangrijk om hierop door te gaan. Wellicht haalt een ander geld van de rekening af.
In zo’n situatie kunnen er allerlei gedachten spelen en kan er sprake zijn van schaamte en schuldgevoel, waardoor iemand er niet gemakkelijk over praat. Hij kan bijvoorbeeld denken: “Ik heb zelf mijn pinpas gegeven, mijn kinderen hebben het harder nodig dan ik, als ik er iets van zeg krijg ik ruzie en zie ik mijn kinderen en kleinkinderen niet meer”. De oudere kan zich hierbij neergelegd hebben en dit niet meer als onveilig benoemen.
Open vragen stellen. Bijvoorbeeld: Wat moet ik van u weten om u goed te kunnen helpen? Vertel daar eens over.
Ga verder met detailvragen.
– Gebeurt dat ook wel eens in een situatie bij u thuis?
– Zo ja, wie zijn daar dan bij?
– Kunt u mij vertellen over een keer dat dit gebeurde?
– Gebeurt dit wel eens vaker?
– Wat was de laatste/eerste/ergste keer dat dit gebeurde?
– Als u zich een keer niet lekker of verdrietig voelt, wie merkt dat dan?
– Waardoor weten zij dat u zich zo voelt?
– Wat doet degene waardoor u merkt dat die persoon goed luistert en u zich begrepen voelt?Doorvragen. Bijvoorbeeld: zijn er nog andere situaties waarin dit voorkomt?
Wie is er dan bij?
Hoe reageert de ander waardoor u zich gehoord/geholpen voelt.
Of als u boos, bang of verdrietig wordt door datgene wat de ander doet of zegt? Wat gebeurt er daarna?Stel je oordeel uit. Wanneer je de situatie aan het verkennen bent blijf je open staan voor de verschillende perspectieven en onderzoek je samen hoe je gesprekspartner de situatie heeft beleefd.
Complimenteer de persoon. Spreek je waardering uit over de openheid die hij gegeven heeft.
Geef helderheid over de vervolg stappen. Als je zorgen over de veiligheid hebt, benoem dit en laat weten dat je deze zorgen hebt. Vraag de persoon wat hij zou willen dat je met die zorgen doet. Benoem dat je de zorgen en dat wat er goed gaat, met je team gaat bespreken en samen met de persoon en vertrouwde mensen uit zijn omgeving een plan wilt gaan maken om die zorgen weg te nemen. Maak afspraken over wanneer het vervolggesprek is.
Werk samen met andere professionals. Realiseer je dat je het niet alleen hoeft te doen. Overleg met Veilig Thuis, vraag de thuiszorg, de huisarts en de woningbouwvereniging naar hun betrokkenheid en vraag wat zij kunnen doen.
Rond het gesprek af met concrete afspraken. Bespreek samen wat er al direct nodig is voor de directe veiligheid.
Deze blog is geschreven door Johanna Hommenga
Meer weten over veiligheid, ook voor volwassenen? Na de opleiding Werken aan Veiligheid weet jij precies wat er nodig is om met alle betrokkenen veiligheidsplannen te maken, stress en spanning in kaart te brengen en hoe je aandacht besteedt aan herstelgerichte zorg.